Syndicaal Nieuws

Blijf op de hoogte met ons nieuwsoverzicht

Wie laten we de toekomst ontwerpen? - Miranda Ulens

Wie laten we de toekomst ontwerpen? - Miranda Ulens

Zo op het einde van het jaar, is het altijd goed achterom te kijken om te weten welke stappen voorwaarts de beste zijn.

Met andere woorden, hoe we de toekomst best vormgeven. En die toekomst begint vandaag, in cruciale tijden.Enerzijds cruciaal omdat er de noodzaak is het sociaal verzet te blijven organiseren. Daarin neemt het ABVV het voortouw. Anderzijds cruciaal omdat we nu al moeten vooruitblikken naar de politieke verkiezingen van 2024. We zullen ons als socialisten moeten organiseren om meer sociale rechtvaardigheid te realiseren. Als vakbond moeten we ook hier de voortrekkersrol opnemen.


Want eerlijk, wat heeft deze Vlaamse regering tot nu toe gedaan voor de gezinnen? Niet bijster veel, en ze investeert al zeker niet in een warme samenleving. Integendeel, zij breekt en snijdt in zowat alles dat sociale bescherming biedt. Kijk naar het groeipakket, naar de gemeenschapsdienst … En als het zo ver komt dat extreemrechts het beleid kan voeren, aangevuld met andere rechtse politici, zal een verder doorgevoerde regionalisering geen soelaas brengen voor de werknemers. Als we zien dat vandaag er alsmaar minder en minder wordt geïnvesteerd in kinderopvang, in de zorgsector, in sociale woningen, in beroepen waar mensen met mensen werken, dan moeten we een beleid vrezen waarin extreemrechtse kopstukken – ook op lokaal niveau – het voor het zeggen hebben.

Op federaal vlak slagen de socialisten er nog in om sociaal beleid te voeren (denk aan minimumpensioen, minimumloon, 6 % BTW …) en daarenboven de meest scherpe maatregelen van de liberale voorstellen af te vijlen zodat werknemers en gezinnen redelijk worden ontzien. Maar zonder socialisten in het beleid, zullen er zich nog veel sociale drama’s voltrekken. We weten dus waar we aan toe zijn.

Mijn vroege nieuwjaarsboodschap aan de werknemers: meer koopkracht, betaalbare energie en sociale rechtvaardigheid. De werkgevers en de regeringen zijn niet van plan om te stoppen met hun aanvallen op de werknemers en op wie van een uitkering moet leven. Ondertussen blijft het leven heel duur, zowel aan de winkelkassa en aan de pomp, en kunnen velen de energiefacturen simpelweg niet meer betalen. De gezinnen hébben het moeilijk. 4 op 10 Belgen komt op het einde van de maand amper rond. Het aantal mensen dat de eindjes nog moeilijk aan elkaar geknoopt krijgt, stijgt snel. Financiële zorgen staat ondertussen op één bij de dingen waar we wakker van liggen.

Daarom is het belangrijk dat wij het sociaal verzet blijven organiseren. Dat we onze rol en onze opdracht als tegenmacht blijven uitspelen. Dat we verder druk blijven zetten.

Die druk werkt, kameraden, dankzij jullie verzet kwam er de btw-verlaging van 6 % op gas en elektriciteit, is er de uitbreiding en een versoepeling van de voorwaarden voor het sociaal tarief, is er een basispakket energie aan een lagere prijs voor alle contracten, een verwarmingspremie, een stookoliecheque … Tijdelijke maatregelen, maar broodnodig voor veel gezinnen.

Meer is echter nodig. Wij blijven een bevriezing van de energieprijzen en een verdere uitbreiding van het sociaal tarief eisen. Maar willen we de koopkracht op lange termijn waarborgen, dan zijn grotere ingrepen nodig. Zoals de hervorming van de loonnormwet, zodat we echte loonsverhogingen kunnen onderhandelen i.p.v. te bakkeleien over 0 % en we ons tevreden moeten stellen met pseudo-koopkrachtverhogingen in de vorm van cheques. Dat gaat ook over onze index beschermen, het correct omspringen met de welvaartsenveloppe, een rechtvaardige fiscaliteit doorvoeren, dat wil zeggen, minder voor de gewone mensen, meer voor de topinkomens, de vermogens, en echte overwinsten. En tot slot, moeten we onze openbare diensten blijven koesteren én bewaken. Toegankelijke, kwaliteitsvolle en sterke openbare diensten zijn onontbeerlijk in een samenleving waarin iedereen gelijke kansen moet krijgen. Openbare diensten moeten terug gezien worden als toegevoegde sociale waarde, in plaats van dat ze louter als begrotingspost worden bekeken.

Wat leren de feiten ons? Dat syndicaal verzet loont, maar dat we de druk moeten aanhouden. We moeten daarbij omzichtig omspringen met onze actiemiddelen, maar om resultaat te boeken is het nodig te volharden en soms zelfs de druk op te voeren. Zowel naar de werkgevers als naar de regering toe, waarbij we onze pijlen richten op de neoliberalen die de werkgeversagenda proberen uit te voeren.

Kameraden,
cruciale tijden vragen een doordachte aanpak. Niet enkel op de werkvloer, in de sectoren en het sociaal overleg op interprofessioneel niveau waar we de belangen van de werknemers blijven bewaken. Maar evenzeer in de samenleving en vooral op de politieke bühne. Het is cruciaal dat extreemrechts geen toegang krijgt om aan het politieke stuur te zitten, want een inclusieve samenleving mag niet getekend worden door bouwmeesters die niet in staat zijn te denken in kleur.

Samen sterk.
Fijne feestdagen en een warm, sociaal nieuw jaar!



Miranda Ulens