Soms loopt een werknemer een kwetsuur op tijdens het werk, maar lijkt die zo miniem dat er gewoon wordt doorgewerkt. Pas de volgende dag of zelfs later – bijvoorbeeld na het weekend – gaat de werknemer naar de arts omdat de zwelling is toegenomen of de pijn verergerd is.
Op dat moment meldt de werknemer het ongeval bij de werkgever, maar de verzekering weigert het arbeidsongeval te erkennen. Ze stelt dat door de verstreken tijd een andere oorzaak aan de basis van de letsels kan liggen. Met andere woorden: de verzekering betwist het oorzakelijk verband tussen het ongeval en de letsels en/of stelt dat het ongeval niet op het werk heeft plaatsgevonden.
Is deze beslissing van de verzekering correct?
Alles draait om bewijs. Als de werknemer kan aantonen dat het letsel is veroorzaakt door en tijdens het werk, zal een rechter het arbeidsongeval toch als bewezen beschouwen. Dat bewijs kan geleverd worden via (indirecte) getuigenissen, zoals een buurvrouw die zag hoe je thuiskwam en tegen wie je vertelde wat er was gebeurd, of via een medisch attest dat de aard van de letsels bevestigt.
De wet legt geen strikte termijn op voor het melden of aangeven van een arbeidsongeval, behalve de verjaringstermijn. Maar wie te lang wacht, loopt het risico dat het ongeval wordt geweigerd en dat het bewijs moeilijker te leveren is.
Ons advies
Om problemen te vermijden, raden we aan om elk mogelijk arbeidsongeval meteen te melden aan de werkgever. Breng ook je oversten, de medische dienst en collega’s op de hoogte. Zo versterk je je dossier en voorkom je discussie achteraf.